fietsen over de Via Verde
Het is ’s-avonds altijd wel een beetje opletten of alle apparaten aan de stroom liggen en voldoende zijn opgeladen. Drie powerbanks, twee iPhones, twee tablets en dan mijn Garmin nog. Er zijn meestal niet genoeg stopcontacten dus zo snel mogelijk alles aan de stroom. En dan nog in de gaten houden dat onze e-reader vol genoeg is om in bed nog even te kunnen lezen. En dan moeten we in de ochtend samen wel erg in hebben dat we alles weer meenemen.
We fietsen aan de noordkant Segovia uit. We gaan beginnen aan onze laatste zes dagen fietsen. Het is nog zes dagen fietsen voordat we in Zaragoza zijn en die zes dagen fietsen we achter elkaar. Het zullen lange dagen zijn met niet meer zo veel hoogtemeters. Wel gaan we mooie plaatsen bezoeken en we verwachten een mooie route te zullen rijden.
Tegelijkertijd realiseer ik me dat de culturele bijdragen voor dit blog voorlopig even achter ons liggen. We laten de bezoeken van kastelen, kerken en Alcazars even achter ons. Ook het vergapen aan oude schilderijen en de harnassen van ridders en ander wapentuig is even voorbij. Maar ik zal de laatste zijn om te ontkennen dat juist door die bijdragen dit blog lezenswaardig wordt en dat het niveau nog enigszins verantwoord is. De kul die ik schrijf over tegenwind, steile hellingen en zware tassen is ter verdediging van mijn eigen ego omdat het soms best pittig is.
We rijden Segovia dus aan de noordkant uit. Nou mekker ik niet heel snel maar hier liggen de kasseien wel heel schots en scheef. Het is een weg die afdaalt uit Segovia en nogal kronkelig is. We doen het een beetje voorzichtig aan. Het is een beetje laveren tussen de putten in de weg en de scheef liggende kasseien. We gaan een beetje hotseknotsend naar beneden. Waarbij we soms even op de pedalen gaan staan om de billen te ontzien. Dat betekent natuurlijk ook dat we niet in één lijn naar beneden gaan. Er vormt zich al snel een hele rij auto’s achter ons. Is veelal geen probleem voor de Spaanse automobilist. Het moet gezegd worden, de Spanjaarden zijn heel voorzichtig als het om fietsers gaat. Ze halen pas in als de weg echt vrij is en er geen tegenligger aan komt. Maar vandaag hoor ik ergens in de file achter ons agressief getoeter. Ja hallo, denk ik dan, wat wil je dan dat ik doe? Dat ik meteen voor jou de berm induik? Of even stop om jou voorbij te laten gaan? Echt niet! Pas als we bijna beneden zijn kunnen de auto’s ons voorbij. De vijfde auto in de rij, nog steeds blij met zijn toeter op zijn auto, en een petje achterstevoren om stoerder over te komen, vindt het nodig mij door het open raampje nog wat advies te geven. Ik heb er niet veel van begrepen, maar de agressie en hoe de woorden “puta, puta” door het raampje kwamen voorspelde niet veel goeds. Omdat hij tijdens deze tirade nogal lang bijna achtersevoren achter het stuur zit, raakt hij bijna een paaltje. Ik kon een glimlach niet onderdrukken. Was verdikkeme wel het paaltje waar op stond waar ik heen moest.
Na een paar kilometer besluiten we vandaag meteen het begin van de via verde Eresma te nemen. Dat is een harde onverharde weg die veelal op trajecten van oude spoorlijnen zijn aangelegd. We rijden dan heerlijk rustig door bos en groen, waar geen ander verkeer kan komen. Meestal loopt hier ook de Camino naar Santiago over. Als we ongeveer drie kilometer onderweg zijn komen vier hardlopers op leeftijd en in bont gekleurde outfits met een hondje ons tegemoet. Ook nu merken we dat outfit deze mannen niets interesseert. Ze genieten van het sporten, het buiten zijn en als er aanleiding is twee Hollanders te helpen stoppen ze meteen. Zodra de mannen aanstalten maken ons te willen aanspreken en het hondje daardoor ineens wat verward heen en weer springt heb ik dat beest bijna tussen m’n spaken zitten. Volgens de mannen kunnen we niet verder over de Via Verde. ‘Cerrado’, gesloten dus. Als een van hen vraagt waar we heen gaan vertelt Fabienne dat we naar Cuellar gaan. Dan breekt de discussie los tussen vier Spanjaarden, waarbij de een nog beter weet hoe wij moeten gaan fietsen, dan de ander. Ze bemoeien zich echt alle vier met hoe we moeten rijden. Het is amusant om te zien. Nu was die conversatie voor mij al helemaal niet te volgen, behalve de Si si’s en no no’s dus wat mij betreft had ik gezegd “adios" en waren we terug gegaan naar het begin van de Via Verde en stonden die lui daar nu nog. Maar ja, dat doe je dan ook weer niet. Dus wachten we rustig af welke routesuggestie er uit de Spaanse tombola tevoorschijn komt. Drie kilometer terug en dan de weg vervolgen. Gracias, muchias gracias. Ja ik leer snel. ‘Arrivedercie’ zegt er eentje, die denkt dat we Italianen zijn.
Na ongeveer 12 kilometer kunnen we de Via Verde Eresma weer oppakken en doen we dat ook. Het is geweldig fietsen langs oude treinstationnetjes die, weliswaar vervallen, nog steeds naast de perrons liggen. De paden zijn van hard gruis met soms een grasstrook in het midden. Je kunt zien dat er geen ander verkeer over heen gaat. Gelukkig is het al weer lang droog en zijn de paden keihard en goed te fietsen. We genieten volop van de uitzichten, het groen van de velden en de bomen. Fabienne attendeert mij nog fijntjes op de bergen bij Segovia en vorm van de bergen van de dode vrouw. Ziet er ook vandaag nog precies eender uit. Tja, dood is dood. Die gaat echt niet verliggen.
Het valt ook op dat we hier heel veel ooievaarsnesten zien. Echt enorm veel. Ieder torentje of electriciteitsmast heeft bijna een ooievaarsnest. En vandaag zagen we ook dat er al jongen zijn geboren. Het is een genot om de natuur in deze periode te zien.
In Cuellar vinden we al snel ons appartement in een oud gebouw. Tegelijkertijd met ons komen er twee motorrijders aan en blijft er de taxi achter ons rijden. We bellen aan bij het appartement, maar daar is niemand. Dan komt de taxichauffeur aanlopen, hij is ook de eigenaar van het appartementenhotel en ook de motorrijders moeten hier zijn. Onze fietsen mogen in de hal staan.
Na 87km droppen we onze spullen snel en gaan dan op zoek naar een terras in de schaduw. Cuellar is ook weer zo’n cadeautje. Je verwacht een dorp van niks en dan is het een prachtig dorp met dikke stadsmuren en bovenin weer een prachtig oud kasteel. Na de dosis cultuur van gisteren, hebben we maar besloten alleen de buitenkant te bewonderen.
Gelukkig dat de Spanjaarden zo geduldig zijn, behalve die ene, leer je ook nog wat Spaanse scheldwoorden 🤭
Geniet nog van de laatste dagen🚴♂️☀️