Twee etappes in één keer

13 januari 2018 - Tissamaharama, Sri Lanka

Vandaag gaan we van Ella naar Tissamaharama. Ik heb dat een paar keer met het boekje voor me proberen uit te spreken, maar ik begrijp nu heel goed dat ze hier gewoon Tissa zeggen. Omdat de etappe van vandaag maar 30 km is hebben we besloten om door te rijden naar Tissamaharama.  Ella vinden we allebei een echt backpackers dorpje. Veel restaurantjes en veel toeristen waar we ons niet helemaal mee kunnen associëren.  Een hoog tatoeage gehalte, sandalen, een staartje boven op je hoofd, een alibababroek, en een flinke joint die rond gaat. Wij vallen ook op natuurlijk met onze fiets. “Crazy Dutchmen” horen we maar al te vaak.

Hat is vandaag veel dalen dus in principe een eenvoudige dag. Maar het is nooit helemaal dalen. En als je dan toch 107 km moet wegtrappen is het best wel een stukje fietsen. We hebben vandaag de pech dat het om ons heen overal bewolkt is, behalve waar wij fietsen. Echt het lijkt erop dat wij de hele dag precies onder het gat in de ozonlaag fietsen. Knetterheet en de hele dag de zon op het bolletje. Nou had ik gister mijn cap al stoer achterstevoren gezet met als resultaat zo’n zonsondergang op je voorhoofd gebrand. Vandaag pak ik het iets slimmer aan en heb een buff op mijn hoofd gezet en alles in de factor 50 geplamuurd.

De eerste etappe van 30 km verloopt vlotjes en is dertig km vooral dalen door een prachtig dal van voornamelijk theeplantages. Onderweg zitten de apen weer gewoon op de weg naar ons te kijken als we voorbij rijden en het is opvallend hoe snel je daar aan gewend raakt. We maken er niet eens foto’s meer van. We dalen 1000 m. Het is mooi om te ervaren dat hoe lager je komt de vegetatie ook weer verandert. Van theeplantages en dennenbomen,  naar palmbomen en rijst. De tweede etappe gaat voor een groot deel door het Yala National Park waar veel olifanten leven. Overal langs de weg worden we gewaarschuwd voor olifanten, maar we zien ook een bord van een luipaard. Er wordt geadviseerd om vooral niet te stoppen en genoeg water mee te nemen. We fietsen door prachtige natuur, maar het is er wel bloedheet. Geen stukje schaduw te bekennen. “Hoe houden die olifanten het hier uit met deze hitte”, vraagt Fabienne zich af. Ik kijk een beetje hulpeloos naar haar om te kijken of ze dit nu echt meent. Ik zou me liever afvragen hoe wij het hier uithouden. We hebben geen idee  hoe warm het is, maar voor ons gevoel is dit toch wel de warmste dag tot nu toe. We gieten lauw water in onze nek en over ons hoofd om een beetje koel te blijven. We fietsen een stevig tempo door het park en kijken goed om ons heen of we wild zien. Ik merk aan het fietstempo van Fabienne; die is niet zo van de wilde dieren. Ze heeft nog niet zo hard gefietst. “Oh Hans, daar staat een beest op de weg” hoor ik Fabienne een beetje benepen roepen. Ik zie helemaal geen beest. “ Jawel hoor, voorzichtig want als het een jonge olifant is dan is de moeder niet ver weg”. 

“Oh ja nu zie ik het ook. Hij draagt een oranje truitje en rookt warempel een sigaret”. Komt waarschijnlijk door het zinderende asfalt, dat je niet alles even scherp meer ziet.

Met mijn camera om mijn nek in de aanslag voor het geval we olifanten zien, rijden we verder. Wat dat betreft zijn we wel uniek. Er rijdt verder niemand op fiets of scooter door het wildpark. Jammer, het enige wild wat we vandaag spotten zijn: pauwen, herten, waterbuffels met op hun rug een witte vogel, een eenzame leguaan en bijzondere vlinders en vogels die we niet kunnen thuisbrengen. 

Als we het park uit zijn, zijn we zelf zo onderhand op een kookpunt en bij het eerste de beste winkeltje kopen we een koude cola. Ik heb zo’n dorst dat ik er achter elkaar twee wegklok. Nog 20 km naar ons eindpunt. 

We stoppen even bij een grasveld waar veel jongens aan het sporten zijn. Ze zijn aan het cricketten. Als wij stoppen stoppen ze subiet met het spel en komen naar ons toe. Als we even kletsen vragen ze of ik niet even mee wil spelen. Laten we dat nu maar niet doen. Als ik ze vraag of ze het ons niet voor kunnen doen hoe cricket wordt gespeeld gaan ze weer verder. Er lopen ook wat jonge jongens bij. Als ik een frisbee pak en die naar een paar gasten gooi, vinden ze dat ook wel erg leuk. En ze willen selfies maken met ons erop.  Selfie is trouwens het enige Engelse woord dat ze kennen. We laten de frisbee achter en gaan weer verder. 

Onderweg staan altijd overal fruitkramen en wij vinden het leuk om altijd alles uit te proberen. We hebben tijdens onze reizen al veel vreemde fruitsoorten gegeten, maar vandaag zien we toch nog iets wat we niet kennen en we ook vandaag voor het eerst zien. Op mooi pyramide torentje liggen kogelronde bruine bollen. Het lijken bijna wel leren cricketballen. We rijden er al een paar keer voorbij en ik vraag me af of het nu groente of fruit is. uiteindelijk stop ik bij een kraampje en pak zo’n kogel en vraag wat het is. De juffrouw staat wat te giechelen maar we komen er niet uit. De twee meisjes begrijpen me niet en proberen uit te leggen wat het kost. En ik blijf met gebarentaal proberen te vragen wat het is en hoe het heet. Ze begrijpen niet wat ik bedoel, maar ik mag wel proeven. Het meisje slaat hard met de ‘cricketbal’ op de grond. Dat ding is zo hard als een kokosnoot. Ze peutert de vrucht open en een bruingrijze harige smurrie komt te voorschijn. En nu? “You eat”, zegt ze lachend. Tja, ik kan me nu natuurlijk niet laten kennen na zoveel moeite. Stoer neem ik maar meteen een grote hap en het is vies....Het smaakt zuur, maar ook de structuur van het vruchtvlees voelt smerig aan in je mond. Ik kan het ternauwernood doorslikken. “You like it?” Vraagt ze lachend. Nou nee. Ik trek er een vies gezicht bij, waardoor ze vraagt of ik er wat suiker bij wil. Nee geen suiker, ik wil die smurrie helemaal niet meer. We laten de dames lachend achter maar we gaan weer verder. Ik neem een paar slokken lauw water om de smerige smaak uit mijn mond te laten verdwijnen.

Verderop zie ik een kraam met een vrucht die hier anoda heet ofwel custard apple. Dat is een bekende vrucht in heel Azië. Het is een vrucht die heel lastig eet omdat er heel veel pitten inzitten maar het smaakt heerlijk. Een beetje de smaak van custard. Ook hier sta ik als een volleerd buitenlander deskundig in de verschillende anoda’s te knijpen alsof ik er verstand van heb. De verkoper komt al snel op me af en pakt er zelf een van de stapel in de hoop dat ik stop met dat betasten van al zijn vruchten. We krijgen allebei een halve anoda.  We besluiten er vijf te kopen. Ik zal wel heel voorzichtig moeten fietsen want die dingen splijten al als je er naar kijkt. 

Zo’n 10 km voor Tissa worden we aangesproken of we al een hotel of kamer hebben. We krijgen een kaartje mee. In Tissa word ik aangesproken door de reïncarnatie van Bob Marley. Alleen nu op een scooter. Het is een koddig gezicht. Bob met een helm op en dan zo’n grote rasta berg haar in een rood-groen-gele muts onder die helm. De helm staat een beetje boven op zijn hoofd. Hij weet wel een hotel aan het meer. We rijden achter Bob aan en komen bij een mooi gebouw aan het meer. Als we binnen kijken knappen we af. Nee dit is niet wat we willen. Maar Bob heeft nog niet alle troeven op tafel gelegd. Hij heeft nog een vriend met een nieuw hotel. “Just 1km that road. it is new and very beautiful. Come with me”. Oke, oke, wij achter Bob aan. Gek dat dan meteen dat nummer van Bob Marley in je hoofd komt te zitten. lk al neuriënd “No woman no cry” rijden we even later een nieuw park op. We krijgen een nieuwe kamer voor een goede prijs. Wel wat afdingen maar dat hoort bij het spel.

Even later zitten we op ons terras van een heerlijke anoda te smullen met een Lion biertje. Na lang zoeken op internet zijn we erachter gekomen dat die harde ‘cricketbal’  een wood apple is. Het smaakt zuur, zoet met een vleugje koffie volgens de beschrijving. Nou dat heb ik zo niet ervaren hoor. De pulp en de schil van de vrucht worden gebruikt voor lijm en schoonmaakmiddelen. Dat komt meer in de buurt wat ik heb geproefd. 

Foto’s

3 Reacties

  1. Rein:
    14 januari 2018
    Ja fantastische verhaal weer s'morgens vroeg bij ons ontbijt. De dag begint goed, al weer veel gelachen. het is zondag en het is droog hier wel fris maar we gaan zo eerst een even tennissen. Veel plezier nog en we blijven jullie volgen.
  2. Magda:
    14 januari 2018
    “No woman no cry” slik...Sam's lievelingsmuziek gedraaid op zijn uitvaart
    om jullie de laten watertanden hier is het droog en koud.
  3. Joke B:
    16 januari 2018
    Inderdaad ....die wood apple ziet er heel vies uit. Dapper hoor dat je dan toch geproefd hebt