Naar tropisch eiland

31 januari 2018 - Pulau Pangkor, Maleisië

Het belooft een andere dag te worden als alle anderen. We moeten vandaag 90km fietsen. We moeten nog met de ferry over en we moeten nog een hotel zoeken. Ga er maar aan staan. 

Het begin is goed: er wordt zeven uur op de deur geklopt. “Good morning, your breakfast.” Omdat we vroeg wilden starten werd ons ontbijt op de kamer geserveerd. Nou super natuurlijk. We pakken het aan en als ik (Hans) nog niet helemaal wakker was ben ik het nu. Vier worsten, witte bonen in tomatensaus en scrambled eggs, toast en gelukkig ook nog wat marmelade, yoghurt en fruit. Het ei is prima weg te werken, maar aan de worsten en bonen beginnen we geen van tweeën aan. We zullen het vandaag op de toast met marmelade moeten doen. Je krijgt trouwens echt nergens hier een mes, probeer maar eens boter op je een boterham te smeren met vork en lepel. Nou we zijn er al aardig handig in geworden met de achterkant van een lepel. 

We starten lekker vroeg en zitten om kwart voor acht al op de fiets. Het is nog bewolkt maar we voelen de warmte als een deken over ons heen vallen zodra we het hotel uitstappen. Ik geef er meteen een flinke snok aan want we willen een beetje op tijd in Pulau Pangkor zijn. We hebben er samen lekker de vaart in. Zo achter elkaar in een treintje (nou ja een klein treintje dan) rijden we de eerste anderhalf uur een gemiddelde van 23. Dat gaat als een speer, zeggen we nog tegen elkaar. We nemen even een break bij een klein winkeltje. Ze hebben gelukkig een ice-coffee (onze standaard drank tegenwoordig in de ochtend). We zien twee stoeltjes bij de buurman die een brommerreparatiewinkeltje heeft. Als we vragen of we daar mogen zitten snapt hij het eerst niet. Maar wijzen naar de stoeltjes en een zitbeweging uitbeelden dan mag dat natuurlijk. “O relax, relax, relax”, zegt hij drie keer achter elkaar. Zijn vrouw met slechts nog drie tanden komt gezellig bij ons zitten en mompelt “Holiday” en maakt met haar armen steeds fietsbewegingen. “Yes, holiday. We cycle to Singapore”. “ Huh, Singapore?” en ze kijkt alsof ze water ziet branden. Dan zegt ze nog “money” en maakt een geldgebaar en houd haar andere hand op. We hummen maar wat en drinken onze ice-coffee op.

Haar man kijkt bewonderend naar onze fietsen. De verkoper van de ice-coffee wil graag met ons op de foto en denkt dat wij bekende ‘athletes from Europe’ zijn. Ik zag meteen al dat het een slimme knul was. 

Na de coffee duurt het geen 10 minuten of we rijden onverhard. Nou vinden we dat altijd wel geinig, maar niet als je een plan hebt om lekker door te karren. Onverhard rijden is leuk en een beetje avontuurlijk. Je hebt onverhard en onverhard, maar dit is echt onverhard. Hier en daar zand, dan weer keien en kuilen. In ieder geval nergens een stukje asfalt. Daar gaat ons gemiddelde. Het onverharde stuk is verdikkeme nog ruim 25km ook, maar wel mooi om te fietsen. Ik heb op de onverharde stukken veel moeite om de route te lezen. De beschrijving gaat dan zo heen en weer dat de letters dansen voor mijn ogen. Ik probeerde vandaag nog met een vinger bij de tekst van de beschrijving te lezen. Dat was niet zo handig want terwijl ik mijn vinger op mijn fietstasje bij km 43 houd rijd ik me daar door een put zodat ik bijna de macht over het stuur verliest. Mijn andere hand schiet bijna van het handvat en mijn stuur klapt bijna om. Pfff beter even stoppen. 

Als we onze beschrijving beter hadden gelezen hadden we natuurlijk geweten dat we onverhard hadden gekregen. We rijden vandaag langs een rivier, door jungle en enorme palmolie plantages. Voornamelijk wel vlakke weg omdat we weer richting kust rijden.

Maleisië en Indonesië zijn de grootste palmolie producenten ter wereld. Samen hebben ze 85% van de wereldmarkt en Maleisië is de grootste exporteur. Nederland is de grootste importeur van Europa. Palmolie wordt o.a. gebruikt in koekjes en chips en ook als biodiesel. Het zijn vooral verzadigde vetten en dus eigenlijk helemaal niet zo gezond. Maar het is hier big business. En dan voornamelijk voor de export. Bio in diesel of benzine doen ze hier niet aan hoor. Een litertje benzine kost hier nog geen 50 eurocent.

Als we na bijna twee uur eindelijk weer op de verharde weg zitten zien we ook meteen een restaurantje. We willen eigenlijk alleen wat drinken, maar het is kwart voor twaalf dus we besluiten meteen te eten. Ze hebben in ieder geval koude cola. Na een half uurtje ‘schep maar raak voor een knaak’ en twee cola’s gaan we weer op de fiets.

De dreigende bewolking kennen we inmiddels wel, maar zo vroeg hebben we het nog niet gezien. We moeten precies de verkeerde kant op. Precies daar hangt veel donkere bewolking. We houden er al rekening mee. Het is niet de vraag óf het gaat regenen, maar wanneer. Ik zie de lucht steeds donkerder worden en kijk al vast naar links en rechts waar we kunnen schuilen. En dan ineens breekt het los en gaan de sluizen boven open. Niks aankondiging van eerst een paar druppels. Nee meteen pijpenstelen zonder aankondiging. We rijden net langs een paar huizen met overkappingen dus besluiten we meteen bij zo’n huis naar binnen te vluchten. Er zijn geen mensen thuis, maar anders was het ook vast geen probleem geweest.

Je weet hier ook dat het maar even regent en dat het daarna weer prachtig weer is. We schuilen 15 minuten en we zien het al weer openbreken. Mooi moment om nog een banaantje te eten en wat te drinken. We pakken voor de veiligheid wel de raincovers voor de fietstassen. 

We moeten nog een kleine dertig kilometer dus zodra het droog is gaan we weer. Het druppelt nog, maar dat is wel lekker want de temperatuur zakt niet echt. Binnen een kwartier is het weer gewoon heel warm. Om half drie komen we aan bij de ferry en kopen een kaartje voor ons zelf en voor de fietsen. Onze fietsen gaan weer voorop de boot en wij houden onze bagage bij ons. Met de ferry worden we in 30 minuten naar een tropisch eiland gevaren dat voor de kust van Maleisië ligt. Pulau Pangkor is een echte toeristische plaats op een tropisch eiland. We worden afgemeerd aan de ene kant van het eiland en moeten twee kilometer fietsen om aan de andere kant te komen. Ons eerste hotel waar we informeren is een beetje vergane glorie, dus zeggen we netjes dat we er nog even over nadenken. Nou al denk ik na tot sint juttemis, dit wordt het niet. We gaan naar ons volgende adres wat we gisteren op booking.com hebben gevonden. Daar hebben ze nog een mooie kamer en ligt het restaurant aan het strand. Is wel lekker morgen om zo te ontbijten. Het zwembad is mooi, maar wat moet je met een zwembad als de zee op een steenworp afstand ligt. Bijzonder is wel dat de vrouwen, mannen en kinderen helemaal gekleed in het zwembad en in de zee gaan. Is even wennen. 

Morgen houden we een rustdag. En ook een echte rustdag! Ook voor de fietsen.

Foto’s

1 Reactie

  1. Eeke en Henk:
    1 februari 2018
    wat zit ik weer te genieten van jullie belevenissen. en de foto van jullie biertje zullen jullie thuis wel inlijsten denk ik . dat smaakt mmmmm.