Bye bye China, hello Vietnam.

1 maart 2017 - Kunming, China

We hebben vannacht echt heel slecht geslapen. Nu pas blijkt dat we een matras hebben van wel 3cm dik. Dit is echt een hotel om nooit meer terug te keren. Snel vergeten. We eten ons ontbijt vlug op om zo snel mogelijk op de fiets te stappen richting Vietnam. We verlaten China dus vandaag. Een goed moment om even een compliment te maken voor AWOL, de organisatie waarmee we reizen. We reizen in Azië op basis van een routebeschrijving die AWOL maakt en regelmatig controleert. De verkeersborden zijn voor ons in China niet te lezen dus we zijn echt afhankelijk van een goede beschrijving. Nou de beschrijving klopte qua kilometers en aanwijzingen geweldig goed. We zijn niet één keer verkeerd gereden. Chapeau AWOL.

Na bijna twee uur fietsen stoppen we om even een foto te maken van ezeltjes die volgeladen met  ananassen de berg overtrekken. De mannen die aan het werk zijn staan bewonderend naar onze fietsen te kijken. We hebben toch wel veel bekijks zo langs de weg. Een van de mannen komt naar me toe en geeft me twee ananassen. Oh, zien we een ander denken dan kan ik niet achterblijven en brengt Fabienne ook twee ananassen. Ja maar dan geef ik ook een ananas weg denkt een oud baasje. Even later zitten er negen ananassen in onze tassen. We gaan snel weer verder anders ben ik straks ook zo’n ezeltje. Nou, ik geef straks Dick en Jeanette, die kort voor ons rijden, ook wel wat ananassen. Maar tjemig ik kom de heuvels bijna niet meer over met vijf van die dingen in mijn bagage. En omdat Fabienne het net ook nodig vond om nog even water te kopen is mijn fiets inmiddels zo’n vier kilo zwaarder. Even later heb ik een mooi stapeltje langs de weg gemaakt van vijf ananassen. Voor de eerlijke vinder. We rijden vandaag langs ananas-, bananen-, en rubberplantages en weer op en neer langs de rode rivier.

De lunch is  weer een leuk intermezzo. Zo’n 20 km voor de grens stoppen we in een onbeduidend dorpje. We kijken tegenwoordig niet meer hoe het restaurant er uitziet, want dan kan je nergens meer eten. We wijzen twee dingen aan in een vitrine die ons vertrouwd zijn.  Ik, nieuwsgierig zoals ik ben, wijs ook nog iets vlezigs aan om te vragen wat het is. Dat wordt meteen uitgelegd dat ik het ook heb besteld. Dus krijgen we even later drie gerechten. Het vlees weten we dus niet wat het was. Wat we wel weten was dat mevrouw in ons Point-it boekje aanwees dat het geen kip, rund of varken was. Dus wat het wel was……..???

We rijden door naar de grens. Altijd spannend in dit soort landen. Overal gaat het weer anders. In onze reisbeschrijving staat een instructie hoe te handelen, maar de toegangen zijn gewijzigd. We moeten eerst aan de Chinese kant in een kantoor op de eerste etage ons visum in ons paspoort af te laten stempelen. Maar om nu meteen met de fiets en al de trap op te gaan en op de 1e etage binnen te komen maak je misschien wel geen vrienden mee. We laten de fietsen beneden en ik ga eerst naar boven. Een dikke Chinese vrouw in een te klein uniform die net met haar hoofd boven de balie uitkomt, kijkt mij schaapachtig aan als ik probeer uit leggen dat ik nog een fiets beneden heb staan. Ik maak met handen ronddraaiende bewegingen en articuleer heel duidelijk “bicycle”. Ze begrijpt er geen snars van wat ik haar probeer duidelijk te maken en ik realiseer me hoe debiel het er uitziet wat ik sta te doen. Ze stuurt me door naar een volgend loket met een douanier met drie strepen. Die kijkt me heel streng aan, dus doe ik snel mijn zonnebril en pet af. Ook hem vertel ik over mijn fiets, want na zijn controle van mijn paspoort moet ik eigenlijk doorlopen richting niemandsland. Maar dan ben ik Fabienne en mijn fiets kwijt. Hij bestudeert mijn paspoort langer dan nodig is en ik word lichtelijk nerveus. Hij maakt met een klein cameraatje op zijn balie een foto van me. Ik probeer te lachen met de gedachte dat ik later op het journaal in Nederland in ieder geval lachend word herinnerd. Na de fotosessie krijg ik mijn paspoort, maar ik loop meteen terug. Hij roept me iets na en hij wil dat ik door zijn poortje loop. Echt niet. Er komt nu iemand bij met een torentje op zijn epaulet. Dat is in ieder geval hoger dan die drie strepen van die fotograaf denk ik. Torentje pakt mijn paspoort af maar loopt wel met me mee terug. We lopen naar Fabienne en mijn fiets. Fabienne kan nu naar boven voor hetzelfde ritueel terwijl Torentje bij me blijft staan. Torentje blijft naast me staan alsof ik staatsgevaarlijk ben. Omstanders kijken ons ook nieuwsgierig aan en vragen zich af wat ik geflikt kan hebben. Torentje bekijkt mijn fiets alsof hij zo meteen een bod gaat uitbrengen. Hij knijpt een beetje in de remmen, schakelt een keer en voelt aan het frame. Als Fabienne terug is moeten we met hem meelopen. We moeten door het gebouw naar de uitgang van China. Alleen moeten we wel een trap op van een stuk of acht treden. Torentje helpt Fabienne door de achterkant van haar fiets op te tillen. Ik probeer mijn fiets op te tillen maar loop rood aan. Dat ding is met die tassen bijna niet te tillen. Ik moet wel in de buurt blijven van Torentje want die heeft mijn paspoort nog. Ik pomp me zelf op en met een uiterste krachtinspanning til ik de hele fiets op en strompel de trap op. Ik loop ze achterna en we stoppen voor het scanapparaat. Al onze tassen moeten door de scan. Ja hoor, met die van Fabienne is niets aan de hand maar die witte tas van mij wordt streng naar gewezen. Die moet open. Ik zal toch geen invoerrechten voor die ananassen moeten betalen, denk ik nog. Ik maak de tas open en laat ze zien wat er in zit. Nee alles moet eruit. Ok, ok, een van de ananassen rolt bijna van de balie, maar de douanier is razendsnel en vangt mijn ananas op. Ze willen zien wat onderin zit. Natuurlijk. Als ik mijn gereedschap heb uitgestald is hij tevreden. We kunnen verder. Over een brug lopend met onze fietsen, want fietsen mag echt niet op dit stukje niemandsland en we zijn in Vietnam. Hier is de douanier de vriendelijkheid zelve. We zijn binnen een paar minuten in Vietnam.

We hadden gelezen dat er money changers zijn die je geld kunnen wisselen en dat deze mannen dezelfde koers hanteren als de bank. Nou dat is lekker makkelijk. (Ik heb er nog even over getwijfeld of ik dit wel op het blog moet schrijven). We zijn dus belazerd en er met open ogen ingetrapt. We wisten het en toch gebeurt het ons, terwijl we samen heel goed aan het opletten waren. Aan een net mannetje met een hip uit de kluiten gewassen schoudertasje vragen we wat de koers is. We hebben 2000 yuan te wisselen. Hij biedt ons eerst 6.000.000 Dong. Ik kijk hem aan en denk bij me zelf “kom op mafkees dat is veel minder dan de koers”. Ik knik nee en draai me om. “Oke, oke, I give you 6.100.000. Nee ook niet genoeg. Nadat we dit spelletje zes keer hebben herhaald biedt hij 6.600.000. OK, dat is ongeveer de koers die we gisteren ook op internet vonden. Ik houdt de Yuans vast en hij telt de Dongs aan Fabienne uit. We tellen samen mee. Bij het tellen duizelen de nullen bij ons een beetje. Wat een geld. Als het klopt geef ik hem de Yuans. Hij wijst ons met een brede glimlach de weg hoe we moeten rijden. Ik kan die grijns nu wel van zijn gezicht timmeren.  Wat blijkt, de miljoenen kloppen wel, maar de 600.000 blijken in het hotel dus 6 briefjes van 10.000. Hebben we dus niet in de gaten gehad. Nou ja voor €21,00 de boot in. 

Ons hotel is in ieder geval geweldig. Na het smerige onderkomen van gisteren is dit weer een verademing. We hebben een mooie grote luxe kamer en we eten vandaag lekker in het restaurant van ons hotel.

We hebben een bijzondere reis in China gehad. Wat een prachtig land en wat een ontwikkeling maakt het land door. Overal, echt overal wordt gebouwd, nieuwe wegen, een hele universiteitsstad wordt uit de grond gestampt en hele dorpen en resorts. In de grote steden is het ongelooflijk schoon. Geen papiertje op straat, maar in de kleine dorpen is het smerig. Overal zie je heel veel telefoonwinkels, ook in de kleine smoezelige dorpen. Huawei, Samsung, Vivio, Oppo zijn hier de telefoonmerken. De Chinezen zijn niet zo uitbundig, maar als je ze persoonlijk aanspreekt, zijn ze heel vriendelijk. Bijna niemand spreekt hier Engels en blanke toeristen zijn hier nauwelijks. Wij zijn er slechts 10 tegen gekomen, maar je ziet veel Chinezen die zelf in hun eigen land op vakantie gaan. Heel vreemd: we hebben helemaal geen schoolkinderen gezien en slechts één school, maar daar was geen kind te zien. De mensen en dan met name in de stad zien er modern uit. Zwart is hier dé modekleur, gecombineerd met knalrood en veel glimmende broeken, hotpants en korte rokjes. In de bergdorpen zie je veel bergvolkeren die nog hele traditioneel zijn gekleed. En ja het cliché is ook waar: ze spugen op straat, smakken als ze eten en gooien dan van alles onder de tafel. Maar gelukkig niet allemaal. Wij vinden het een fantastisch land! Nu gaan we eerst Vietnam ontdekken. 

Foto’s

5 Reacties

  1. Theo van der Hoeven:
    1 maart 2017
    Veel plezier in vietnam. Ik hoop dat het weer beter wordt. Gr
  2. Singa:
    1 maart 2017
    Veel fietsplezier in Vietnam.
  3. Yvonne:
    1 maart 2017
    Wat een verhaal weer, ik zie het zo voor me jij op die trap proberen bij te blijven hahaha.

    Hoop dat inmiddels het weer wat beter is, en dat het in ieder geval wat warmer wordt.

    Liefs Von
  4. Joost:
    1 maart 2017
    Geweldig verhaal om te lezen. Jullie hadden een lekker spijkerbedje om op te slapen. Stimuleert de bloedsomloop, ha,ha.
    En nog krachttraining toe in de vakantie, het kan niet op daar. Hopelijk wordt de temperatuur ook wat behaaglijker, dan wordt het helemaal genieten. Groet Petacchi
  5. Peter Jongsma:
    1 maart 2017
    Herkenbaar hoor die wisseltrucs. Het is ook ontzettend lastig ... nieuw valuta, mega bedragen en heel veel onbekende briefjes. Hopen dat jullie wat mooier weer krijgen in Vietnam. Je zal zeker meer mensen ontmoeten die Engels spreken of in ieder geval hun best zullen doen.